Organisatieverhalen voor managers, trainers en onderzoekersStorytelling handboek |
Verhaalgevoeligheid kunt u ontwikkelen door:
- u de narratieve theorie en narratieve elementen eigen te maken;
- uw eigen ervaringen naar verhalen om te vormen (zie factsheet 3: Op verhaal komen);
- uzelf af te vragen wat dit verhaal u zegt en welke emoties het bij u oproept;
- op een andere manier te gaan luisteren naar de mensen om u heen: door hun ervaringen te analyseren met behulp van de narratieve elementen, door u af te vragen met welke emoties ze werden verteld en welke emoties ze bij uzelf opriepen.
Effectief werken met organisatieverhalen en storytelling kan alleen maar als er een narratief klimaat is. U schept een narratief klimaat door:
- zelf authentieke verhalen te vertellen en anderen op die manier te laten zien dat u open staat voor verhalen;
- empathisch en nieuwsgierig te zijn;
- iemand die een verhaal vertelt, niet te onderbreken;
- de verhalen die u hoort, te respecteren en te accepteren als de-werkelijkheid-van-de- verteller;
- ruimte te scheppen voor de uitwisseling van verhalen en het aanhaken bij verhalen van anderen, ook als u onder tijdsdruk werkt;
- recht te doen aan de emotie waarmee verhalen worden verteld of die de verhalen oproepen;
- verhalen niet zonder doel, hapsnap en incidenteel in te zetten. Dat trivialiseert ze. Gebruik verhalen in verander-, leer- en onderzoekstrajecten alleen weloverwogen, doelgericht en waar het kan strategisch.
Meer informatie is te vinden in paragraaf 2.3 van deel 1.